Kantorenbeleggers gaan meer investeren
Hoe ziet de kantorenmarkt er in 2025 uit? Op donderdag 6 februari gingen 25 IVBN-leden samen met andere kantorenbeleggers hierover in gesprek met de gemeente Amsterdam in het nieuwe kantorenconcept HOFF. Tijdens het rondetafelgesprek werd duidelijk dat kantorenbeleggers meer gaan investeren in 2025.
Toename aantal investeringen
De meerderheid van de deelnemers voorziet een toename van investeringen in kantoren in de nabije toekomst. Niet iedereen verwacht dat dit al in 2025 zal gebeuren, maar wel binnen de komende drie jaar. De rente is hierbij, volgens de aanwezigen, van beperkte invloed. Verder is vrijwel iedereen het eens dat investeren in ESG noodzakelijk is. In hoeverre de huurder hiervoor een extra bijdrage moet leveren is nog de vraag. Deze discussie wordt nog vervolgd.
Kantorenstrategie gemeente Amsterdam
Dries Drogendijk (adjunct-directeur gebiedsontwikkeling gemeente Amsterdam) en Chee-Key Teoh (strategisch adviseur Commercieel vastgoed gemeente Amsterdam) gaven eerst een toelichting op de kantorenstrategie van Amsterdam voor de komende 5 tot 10 jaar, vervolgens gaven ze toelichting over de prognoses voor de kantorenmarkt en sloten af met de belangrijkste uitdagingen van de gemeente.
Uit historische gegevens blijkt dat het aantal Amsterdamse kantoormeters ‘in use’ de afgelopen 15 jaar stabiel is gebleven. In deze periode werd ongeveer een zesde van deze kantoren vernieuwd. Verder is de leegstand van kantoren de afgelopen jaren toegenomen, doordat er meer nieuwe kantoren op de markt kwamen. Hierdoor ontstond een tweedeling tussen goed verhuurbare, moderne kantoren en minder gewilde, verouderde kantoren. Tot slot zijn bereikbaarheid en kwaliteit twee cruciale elementen voor een geslaagde verhuur.
De grootste uitdagingen van de gemeente zijn: netcongestie, de effecten van AI en de politieke gevoeligheid dat er een half miljoen lege kantoormeters zijn. Als reactie hierop houdt de gemeente Amsterdam actief toezicht op de kwaliteit en kwantiteit van de kantorenvoorraad, met als doel een duurzame en toekomstbestendige markt, inclusief functiemenging op gebieds- en gebouwniveau. De vraag is echter of dit laatste vanuit het investeerdersperspectief altijd wenselijk is.